In het culturele centrum van Mechelen loopt momenteel 'Getekend: Fiep Westendorp', een tentoonstelling die het volledige oeuvre van Westendorp (1916-2004) overziet, met inbegrip van teruggevonden prenten die niet op de gelijknamige tentoonstelling in Rotterdam (2003) te zien waren. De expositie kan elke bezoeker aanspreken. Er zijn knuffel- en actie-eilandjes voor de jongsten, filmpjes en speelgoed voor kleuters. Zesplussers zullen al meer interesse vertonen voor de prenten en poppen, en kunnen aan de slag met interactieve toepassingen. Ouderen kunnen zich verlustigen in de gigantische kast met 'Jip en Janneke'-merchandising van de Hema, en natuurlijk vooral in de zorgvuldig opgehangen en goed geannoteerde originele werken. Het is een bijzondere ervaring om met de originele prenten te worden geconfronteerd. Je ziet nog beter de levendige lijn en het fijne detail van Westendorps lijntekening. Het vele werk dat ze er in stopte, lees je af uit de vele witverf die ze gebruikt ter correctie van foutjes. Aan sommige prenten kan je goed zien dat het conserveringsproject net op tijd kwam.
Elke reeks prenten van Westendorp krijgt een hoek toegewezen in een van de vier ruimtes van de tentoonstelling. Zo o.m. de tekeningen die ze maakte bij gedichten van Han G. Hoekstra (1906-1988), eerst al in 1947, over de jaren heen, tot in 1976, wanneer ze kleurenillustraties maakte voor een nieuwe druk van zijn Rijmpjes en versjes uit de nieuwe doos, een uitgave die ze haar lievelingsboek noemde. Vorig jaar verscheen een 'gouden boekje'-dvd (met boekje) waarop 12 gedichtjes uit die bundel, waaronder 'Meneer Juttepeer en mevrouw Zoetekauw' en 'de dierenschilder'. Karin Bloemen vertelt en zingt, en de versjes werden voorzien van een eenvoudige animatie, die neerkomt op het heen en weer bewegen van Westendorps illustraties.
Dit jaar verschijnt de tweede druk van De ijsmuts van Prins Karel en veel meer bij Meulenhoff. Deze in 1983 verschenen verzameling bevat acht, meestal langere gedichten van Hoekstra, oorspronkelijk gepubliceerd tussen 1947 en 1971. Op de cover de beroemd geworden tekening van Karel met de grote gestreepte muts, die ook het overzichtsboek Getekend: Fiep Westendorp (Querido, 2003) sierde. Sommige potloodtekeningen sluiten aan bij haar cartoonwerk uit de jaren '50, maar de meeste zijn getekend in de levendige stijl van Pluk van de Petteflet (begin jaren '70), waarin Westendorp het samenzijn en ageren van groepen mensen fantastisch weet neer te zetten.
Er wordt in de tentoonstelling extra aandacht besteed aan de recente uitgaven van nog niet in boekvorm verschenen of verloren gewaande prenten van Westendorp, zoals het bekroonde Pluk redt de dieren (Querido, 2004), Pim en Pom blijven vriendjes (Querido, 2005), en Het geheim van Toermalijn (Mercis, 2004). Voor dat laatste boek, geschreven door Mies Bouhuys en oorspronkelijk als verhaal verschenen in het kleuterblad 'Bobo' (1986), heeft Westendorp opzettelijk een zo lelijk mogelijk diertje bedacht. Zo lelijk dat het aandoenlijk wordt. Het feit dat het diertje zo zichtbaar samengesteld was uit verschillende stofjes en materialen, heeft kinderen er indertijd blijkbaar toe aangezet zelf een Toermalijntje in elkaar te knutselen, zo getuigt Bouhuys in Getekend: Fiep Westendorp. Jammer is dat de kleurendruk in dit boek de prachtige originelen niet goed genoeg weergeeft.
Een andere recente uitgave, Sinterklaas komt! (2005, Querido), betreft de niet eerder gebundelde kleurenillustraties bij tien sinterklaasverhalen van Jip en Janneke. Al deze mooie heruitgaves zijn mogelijk omdat Gioia Smid, artistiek direkteur van de Westendorp Foundation en beheerder van Westendorps nagelaten oeuvre, na de dood van de tekenares meer dan 6000 tekeningen terugvond op zolder. Later dit jaar verschijnt nog Joris en het grote oog, een verhaal van Mies Bouhuys. [Chris Bulcaen]
Verberg tekst